De voornaamste koppelingscilinder hoort bij het systeem van de hydraulische koppeling, en zet machinale energie om in hydraulische pressie, welke dan in het hydraulische systeem komt en doorgespeeld wordt aan de secundaire cilinder.

Als het koppelingspedaal wordt ingedrukt komt er naar verhouding lichte energie vrij, en een voornaamste cilinder zet dit om in krachtigere energie die werking uitoefent op de koppelingsplaat. Anders dan de secundaire cilinder, die in verbinding staat met de koppelingsplaat, en aangestuwd wordt door middel van de loskoppelingshendel, wordt de voornaamste cilinder direct op het pedaal gezet, en wordt hier direct door aangestuurd.

De aansluiting van de zuiger op de voornaamste cilinder is minder groot dan die van de secundaire cilinder op de koppeling, zodat er meer energie vrijkomt, al is het pad langer als het koppelingspedaal bediend wordt.

In de voornaamste cilinder werkt de zuiger als een dubbele met eerste en tweede manchetten. De primaire manchet sluit de drukkamer af en de tweede manchet de buitenkant. De plek in de manchet staat in verbinding met het expansievat voor de hydraulische olie van het koppelingssysteem via een gat voor de ontluchting en bekabeling. Als de zuiger in rust is, kan er balans in de volume aangebracht worden tussen de drukkamer in de voornaamste cilinder via het gat voor de ontluchting en de bekabeling naar het expansievat.

Als het pedaal ingedrukt wordt, transporteert de zuiger van de voornaamste cilinder zich over het gat voor de ontluchting, zodat er hydraulische pressie is in het vocht in de drukkamer. Dan worden er samen met de dubbele zuiger veringen samengeperst in de cilinder, die terug komt in de standaard houding als het pedaal is losgelaten.

De beweegbare gedeeltes van de hoofdcilinder omvatten de dubbele zuiger met de eerste manchet aan de ene kant, en de tweede manchet aan de andere kant, en ook een stootstang als connectie tussen de zuiger en het pedaal, en de terugpressieveer binnen de cilinder.